Kampspeelgoed Nederlands-Indië
Deze bijzondere collectie geeft een indringend beeld van het leven van een tienermeisje in Nederlands-Indië in oorlogstijd.
Dagboek
‘Een hockey-stick! What a surprise!’, schrijft de vijftien jaar oude Ro Vermeulen (1927-2001) op 1 juli 1943 opgetogen in haar dagboek. Haar zelf gemaakte miniatuurspeelgoed is samen met het dagboek en enkele brieven aan het Verzetsmuseum geschonken.
Java
Ro Vermeulen groeit op in het op Java gelegen Semarang, waar haar vader Rokus bij de Stadswacht werkt. Ro zit bij de padvinderij, gaat naar dansavonden en heeft haar eerste vriendjes. Na de Japanse bezetting van Nederlands-Indië belandt ze met haar moeder en twee zussen in het vrouwen- en kinderkamp Lampersari. Haar vader wordt naar het kamp Tjimahi gedeporteerd.
Cadeautjes in het kamp
De levensomstandigheden verslechteren in hoog tempo, maar in andere opzichten gaat het kinderleven gewoon door. Ro is dol op hockey en beschrijft in haar dagboek hoe de familie zo goed en kwaad als het kan verjaardagen en Sinterklaas viert. Bij die gelegenheden worden cadeautjes voor elkaar gemaakt, zoals het rugzakje, een hockey-stick, een bundel brandhout en een waaiertje waarmee het vuur kan worden aangewakkerd. Na de oorlog wordt het gezin Vermeulen herenigd en keert het terug naar Nederland.
Dankzij Esther Sprey, de dochter van Ro Vermeulen, is dit met veel zorg gemaakte speelgoed nu in het bezit van het Verzetsmuseum