Particuliere Rembrandtcollectie
‘Roofbank’
De kunsthandel bloeit in de oorlogsjaren. De Duitse bezetters kopen veel kunst op veilingen en rechtstreeks van particulieren. De ‘Dienststelle’ van dr. Mühlmann doet aankopen voor de collectie van Hitler en Göring. Kunstwerken uit Joods of vijandelijk bezit worden door de bezetters in beslaggenomen. Het Joodse bankiershuis Lippmann, Rosenthal & Co wordt door de nazi's omgevormd tot een ‘roofbank’ die het Joodse privé-vermogen in kaart brengt, beheert en uiteindelijk rooft.
In Duits bezit
Nederlandse musea kopen kunst om te voorkomen dat de werken naar Duitsland verdwijnen. Ook nemen ze schilderijen van particulieren tijdelijk in bewaring. Maar met een krediet van de Nederlandsche Bank kunnen de Duitsers – schijnbaar legitiem – veel kunst tegen hoge prijzen opkopen. Sommige particulieren die hun schilderijen in bruikleen hebben afgestaan aan Nederlands musea, vragen hun bezittingen terug om ze voor veel geld aan de nazi’s te verkopen. Via handel en roof komen in de oorlogsjaren zeker tien schilderijen van Rembrandt uit Nederland in Duits bezit.
Ook in nazi bezit gekomen